Is het ‘verandert’ of ‘veranderd’? Zo zit het met de juiste spelling

Is het ‘verandert’ of ‘veranderd’? Zo zit het met de juiste spelling

Spelling van Nederlandse werkwoorden: een veelgemaakte fout

In de Nederlandse taal worden veel fouten gemaakt bij het vervoegen van werkwoorden, vooral als het gaat om de stam plus -t of -d. Een veelgezochte vraag is dan ook: is het ‘verandert’ of ‘veranderd’? Deze verwarring is heel begrijpelijk, zeker bij werkwoorden waarvan de stam eindigt op een -d of -t. In dit artikel leggen we precies uit welke vorm je wanneer gebruikt, zodat je voortaan nooit meer twijfelt.

Wanneer gebruik je ‘verandert’?

‘Verandert’ is een vervoegde vorm van het werkwoord ‘veranderen’. Je gebruikt ‘verandert’ wanneer het onderwerp in de derde persoon enkelvoud staat. Met andere woorden: bij ‘hij’, ‘zij’, of ‘het’. Een voorbeeldzin is: ‘Hij verandert zijn mening iedere dag.’ Hier is ‘hij’ het onderwerp, en daarom voeg je een -t toe aan de stam ‘verander’.

Ook bij jij of je

Bij ‘jij’ of ‘je’ geldt een bijzondere regel. Als ‘jij’ achter het werkwoord komt, vervalt de -t. Bijvoorbeeld: ‘Verander jij nog van idee?’ Maar als ‘jij’ voor het werkwoord komt, gebruik je wel een -t: ‘Jij verandert altijd van opvatting.’ Dit verschil is klein, maar belangrijk in correct taalgebruik.

Wanneer gebruik je ‘veranderd’?

‘Veranderd’ is het voltooid deelwoord van het werkwoord ‘veranderen’. Je gebruikt dit in combinatie met een hulpwerkwoord zoals ‘hebben’ of ‘zijn’. Bijvoorbeeld: ‘Hij is veel veranderd sinds de vakantie.’ In deze zin is ‘veranderd’ het voltooid deelwoord en gebruik je dus niet de vorm met -t.

Hoe herken je het voltooid deelwoord?

Een voltooid deelwoord herken je meestal aan het gebruik van woorden als: ‘hebben’, ‘zijn’ of ‘worden’. Denk aan zinnen als ‘Ik heb mijn instelling veranderd’ of ‘De situatie is inmiddels veranderd’. Als je deze hulpwoorden in de zin hebt, weet je dus vrijwel zeker dat je ‘veranderd’ moet schrijven in plaats van ‘verandert’.

Een handige tip om het verschil te onthouden

Twijfel je nog steeds tussen ‘verandert’ en ‘veranderd’? Probeer dan het werkwoord te vervangen door een ander werkwoord waarbij het verschil duidelijker is. Stel bijvoorbeeld het werkwoord ‘fietsen’ in de plaats van ‘veranderen’. Zeg je: ‘Hij fietst’ of ‘Hij gefietst’? In dat geval is ‘fietst’ correct en dat betekent dat je ‘verandert’ moet gebruiken. Als de zin is: ‘Hij is gefietst’, dan weet je dat de voltooid deelwoordvorm correct is en dus ‘veranderd’ moet zijn.

Waarom dit belangrijk is

Goede spelling zorgt ervoor dat je professioneel en serieus wordt genomen. Of je nu een sollicitatiebrief schrijft, een e-mail stuurt of een blog bijhoudt, fouten als ‘veranderd’ of ‘verandert’ maken een groot verschil. Door de regels goed toe te passen en voorbeelden in je hoofd te houden, verbeter je je taalvaardigheid en voorkom je gênante fouten.